Nog te koop Zeldenrustbier. Iedereen bedankt voor deze geslaagde dag

ODE AAN DE MULDER / dagboek van een mulder
In het prille ochtendgloren
als de lentezon verschijnt
en de koeien staan te grazen
als de morgendauw verdwijnt.

Als een eerste vroege vogel
ons met zijn gezang vermaakt
Als het blad begint te ruisen
en de molenaar ontwaakt

Om zijn eega niet te wekken
sluipt hij zachtjes naar benee.
Uit een apparaat stroomt koffie
want de thermoskan gaat mee.
Er worden mouwen opgestroopt
door hij, die steeds met molens loopt…

Stijgend langs de steile trap
intussen loerend naar het zwerk
is het cumulus of strato
wordt het rust of druk aan ’t werk?

Nog een fluitgat wordt geopend
en de boel geïnspecteerd,
trapje op nog naar een zolder
snel wat kammen nog gesmeerd.

Van de ketting en dan kruien
met de wieken in de wind,
Laatste stormbord, dan naar boven
in de wieken en gezwind,
worden zeilen losgeknoopt
door hij, die steeds met molens loopt…

Dan begint het grote malen
voor de varkens of de prins
En de eerste klanten komen,
Ja, ik zie ze al daarginds.

En de week wordt doorgesproken
al het dorpse wel en wee
nieuwste nieuwtjes, politiek
een stommiteit van B & W.

Over buren niets te klagen
staan geregeld op de stoep
met een flesje jonge klare
of met zelfgemaakte soep
waar wat brood in wordt gedoopt
door hij, die steeds met molens loopt…

Zo verstrijken een zestal eeuwen
altijd weer en altijd wind
Terwijl graan uit vele aren
hier zijn lotsbestemming vindt.

Tussen bovenwiel en standerd
totdat met een grote zucht
zich de fiere, oude molen,
liet verleiden door de lucht.

’t Is een pauze slechts van maanden
in een wervelend bestaan
Vele mulders, nog meer klanten
blijven komen af en aan.
En, waar Geffen zo op hoopt,
dat het nog eeuwenlang met molens loopt…


Posted

by